Contact V.S.O.A.

Contact zone Centrum:

DE COCK Jurgen

jurgen.decock@bwzc.be

De Jongh Jurgen

Dirk.dejongh@bwzc.be 

Van Renterghem Bram

Bram.VanRenterghem@bwzc.be

Noyens Bart

Firefighter.VL@vsoa-g2.eu


1. Biomonitoring

De start van biomonitoring ligt in het verlengde van de procedure hygiëne na brand.

De doelstelling van de procedure "hygiëne na brand" is de blootstelling aan en opname van schadelijke stoffen uit rook te beperken. Met het project biomonitoring wil de zone:

• De opname van de blootstelling aan gevaarlijke stoffen na gaan en registreren

• Bepalen of de PBM's die we hebben een afdoende bescherming geven, of de PBM's voldoende worden gedragen (vb. bij de nablussing)

• Bewustwording creëren omtrent zorgvuldig en voldoende lang dragen van de PBM's

Het proefproject kadert in het jaaractieplan Welzijn op het Werk. De bedoeling is om een nulmeting te gaan uitvoeren op vrijwillige basis. De urinestalen worden geanalyseerd na deelname aan een brandinterventie. Op basis van de resultaten van de analyse kunnen er extra maatregelen voorgesteld worden om die blootstelling en de schadelijke gevolgen nog beter te gaan beperken.

VSOA vraagt wanneer deze procedure dan juist zal worden ingezet. De zone kadert dat die beslissing bij de interventieleider ligt, net zoals bij de procedure hygiëne na brand. De medewerkers kiezen dan zelf of ze al of niet een staal willen afgeven. VSOA duidt dat de vrijwilligheid er kan voor zorgen dat een chauffeur die verder van de brand staat wel een staal zal afgeven, terwijl iemand die in de brand ging dat misschien niet zal willen doen. Dit zal de resultaten uiteraard beïnvloeden.

De zone erkent dit, en wil daarom een warme oproep doen dat zoveel mogelijk collega's meewerken, zodat we op die manier veel mogelijk en zo juist mogelijke conclusies kunnen maken.

VSOA vraagt wanneer het proefproject eindigt. De zone en arbeidsarts geven aan dat het project continu in evolutie is en tussentijds zal geëvalueerd worden. In eerste fase wordt het project uitgerold in ploeg 2, om in het voorjaar van 2025 dit open te trekken naar alle posten van de zone. Tussen en op het einde van deze twee fases is er telkens een evaluatie. In een volgende stap kan het project dan uitgebreid worden naar ook het afnemen van bloedstalen.

Moest in tussentijd blijken dat er weinig verbanden kunnen gelinkt worden, kan het project uiteraard bijgestuurd moeten worden.


Informeel Vakbonds Overleg (IVO) : 26 maart 2024, 09u00

· Biomonitoring

De opname van de blootstelling aan gevaarlijke stoffen nagaan en registreren.

Bepalen of de PBM's die we hebben een afdoende bescherming geven, of de PBM's voldoende worden gedragen (bvb bij de nablussing)

Bewustwording creëren omtrent zorgvuldig en voldoende lang dragen van de PBM's

Een stof die bij brand steeds voorkomt is PAK's (hydroxypyreen). Deze stof blijft na opname enkele weken in het lichaam aanwezig en is terug te vinden in urine. Als brandweermannen op een interventie rook hebben ingeademd, kunnen we dat dus makkelijk achterhalen door een urinestaal te laten analyseren.

• Nulmeting, op vrijwillige basis

• Analyseren urinestalen

• Na blootstelling aan rook bij brand

• Analyse van de resultaten

• Voorstellen van de analyse en voorstel maatregelen (DT, zoneraad en tBiOC/HOC)

Na intensief contact met roet of rook: binnenbrandbestrijding of nablussing

• LvO of Dir BW beslist over opstart biomonitoring ovv:

– Op vrijwillige basis

– De procedure 'hygiëne na brand' werd uitgevoerd op de interventieplaats.

– Moment van staalname : voorkeur 4u na inzet. Eerst douchen!

• blootstellingsfiche invullen

• stalen in de koelkast bewaren

FEEDBACK

– de resultaten worden opgenomen in het medisch dossier

– de arbeidsarts geeft feedback aan betrokkene

– de arbeidsarts deelt geen persoonlijke info met anderen (medisch beroepsgeheim). Wel kan geanonimiseerde info gebruikt worden als basis voor statistieken.

  • Risicoprofielen – voorleggen aangepaste versie

Wat is de precieze vraag?

Het document dat voor elke risicoklasse in de zone de daaraan verbonden risico's beschrijft, werd bijgewerkt. De risicoklasse bepaalt:

• of een periodiek gezondheidstoezicht noodzakelijk is en

• met welke periodiciteit dit gezondheidstoezicht moet worden uitgevoerd en

• welke risico's tijdens dit gezondheidstoezicht moeten opgevolgd worden (risicocluster)

Dit document werd opgesteld in samenwerking met de arbeidsarts.

Is er een aanleiding hiertoe? Zo ja, welke?

Verschillende wijzigingen leiden tot een aanpassing van het document (vorige versie dateert van 29/4/2020):

• Toevoeging van risicoklasses ifv wedertewerkstelling voor beroeps en vrijwilligers

• Aanpassing frequentie medisch onderzoek voor risicoklasse dispatcher van 2 naar 3 jaarlijks.

• Aanpassing nomenclatuur waarbij elke risicoklasse verwijst naar een risicocluster. Dit moet vooral duidelijkheid brengen op de FGB.

• Verwerkt in het nieuwe zonale sjabloon

• Een toelichtende inleiding

3. Aankondiging inspectiebezoek welzijn op het werk

4. Beleidstekst WTW 

Beste vakorganisaties,

Het zonebestuur wil graag volgende aanvullende deelnemingsvoorwaarden opleggen.

Voor de functie van hoofdconsulent – coördinator ziekenhuisvervoer:

Beschikken over een bachelorsdiploma verpleegkunde en over een bijzondere beroepstitel 'spoed en intensieve zorgen'.

Minimum 5 jaar ervaring als spoedverpleegkundige BBT in de pré-hospitaalsetting binnen de dringende geneeskundige hulpverlening.

In aanmerking komen om een DGH-badge aan te vragen bij de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu (laatste vier jaar voldoen aan de opleidingsvoorwaarden en 1.500 uren effectieve uren in functie uitgeoefend hebben in een erkende dienst voor spoedgevallenzorg of voor intensieve zorg of bij een erkende ziekenwagendienst binnen de dringende geneeskundige hulpverlening.)

Antwoord van het VSOA:

Dit is beetje contradictorisch…

Iemand met een BBT moet sowieso 1500 uur presteren om deze BBT te behouden (naast opleiding), daarenboven hebben zij recht op een badge.

Als zij de BBT hebben, dan hebben zij voldaan aan de opleiding en hebben ze voldoende ervaring. Dit is een gespecialiseerde opleiding (BANABA)

VSOA is voorstaander om de 5 jaar ervaring te laten vallen als zij een BBT bezitten! De vijf jaar kunnen als pluspunt meegenomen worden in de beoordeling voor de functie

Een andere vraag, zijn dit benoemingsvoorwaarde …

Kunnen zij deze voorwaarden behouden door de functie? M.a.w rijden zij zelf ook ziekenwagen? Mogen zij bijscholingen volgen?

Verslag Technisch Bijzonder Onderhandelingscomité (27.03.2023)

Punten aangebracht door VSOA:

Controlegeneesheer

VSOA geeft aan dat er door de zone soms onnodige kosten gedaan worden door een controlegeneesheer te sturen naar personeelsleden die vb. afwezig zijn ten gevolge van een operatie of die nog niet bij de arts zijn kunnen langsgaan.

De zone verduidelijkt dat het personeelslid zelf in de ziektemelding kan aanduiden indien het een hospitalisatie betreft. In deze gevallen wordt standaard gevraagd aan Securex om geen controlearts langs te sturen. Indien nadien nog een verlenging van ziekte wordt doorgegeven wordt dit niet meer beschouwd als een hospitalisatie als het personeelslid het ziekenhuis al heeft verlaten en is het personeelslid in principe controleerbaar. Indien iemand zich ziek meldt en nog niet naar de dokter is kunnen gaan, dan wordt Securex hier wel al van op de hoogte gebracht en is het mogelijk dat betrokkene al een controlearts op bezoek krijgt.

Er werd ook afgesproken met Securex om controle te sturen bij de 3de, 5de, 7de en 9de afwezigheidsperiode binnen de tijdspanne van 1 jaar.

De zone geeft nog mee dat de zone het ziektebeleid zal onderzoeken en bekijken waarin de zone in dit kader kan / zal investeren in de toekomst.

Informatieverslagen

VSOA stelt dat er steeds informatieverslagen worden opgemaakt. Dit creëert een gevoel van wantrouwen bij het personeel. Hij vraagt duidelijkheid hierover: wanneer wordt een informatieverslag geschreven?, met welk doel?, en hoelang wordt dit bewaard?

De zone verduidelijkt dat een informatieverslag de boodschap moet geven dat bepaald gedrag (vb. te laat komen, te laat ziek melden, …) niet aanvaardbaar is.

Een informatieverslag biedt de mogelijkheid om een tuchtprocedure op te starten, maar leidt niet altijd tot tucht.

Kolonel en / of directie operaties beslist of het informatieverslag in aanmerking wordt genomen om een tuchtprocedure te starten, indien niet dan wordt het informatieverslag zonder verder gevolg geklasseerd in het persoonlijk dossier. Deze informatie kan wel eventueel aangewend worden tijdens een evaluatie- of functioneringsgesprek.

Parkeerplaatsen – nieuwbouw

VSOA heeft vernomen dat er commotie is rond het gebruik van de parkeertoren. De parkeertoren is op ongeveer 650m van de kazerne gelegen en zorgt ervoor dat het personeel een kwartiertje langer onderweg zou zijn naar het werk. Hij vraagt de zone om het behoud van aanleg van een ondergronds parking te overwegen.

De zone antwoordt dat de kosten voor het realiseren van de ondergrondse parking verdubbeld is ten opzichte van de geraamde kosten (bodemsanering / materiaal / onderhandelingen met Stadsbader / algemene prijsverhoging van de uitbreiding / …). De voorziene ondergrondse parking zal er dus niet meer komen. De parkeerproblematiek zal mee opgenomen worden in het project bedrijfsvervoersplan.

De verschillende personeelsgroepen zullen hierbij betrokken worden via klankbordgroepen.

 Technisch Bijzonder Onderhandelingscomité (TBiOC) 28.02.2023

Variabel uurrooster Beroeps Hulpverlener-Ambulancier PIT Deinze

Het variabel uurrooster beroeps hulpverlener-ambulancier PIT Deinze. Dit document werd al aan de ambulanciers van Deinze voorgelegd en zij hebben daaromtrent geen opmerkingen geformuleerd.

- In het document wordt aangegeven hoe het aantal te werken shiften bepaald wordt. Er wordt gekeken naar de theoretische prestatie, waarop het verlof in mindering wordt gebracht. Zo bekomt men een saldo te werken shiften van 12 uur voor een volledig jaar.

- De regeling rond overuren en inhaalrust werd overgenomen van de huidige arbeidsduurregeling. Belangrijk hierbij is dat er ook inhaalrust kan opgenomen worden in blokken van 3u / 6u / 9u en dat het personeelslid moet vervangen wordt op de PIT (poule PIT Deinze of Gent reserve).

- Voor PIT Deinze is er, in samenspraak met de ambulanciers en een verlofverantwoordelijke aangeduid.

In principe hebben de hulpverlener-ambulanciers (team van 4 vrijwilligers en 5 beroeps), volledige autonomie om het dienstrooster op te maken, rekening houdend met de basisprincipes van de nota rond arbeidstijd. De dienst zal enkel tussenkomen indien er zich een probleem voordoet. In principe moeten ook de nacht- en weekenddiensten gelijkmatig verdeeld worden, aangezien de ambulanciers geen operationaliteitspremie ontvangen, maar enkel bijzondere prestaties vergoed krijgen. In onderlinge overeenkomst kan hiervan afgeweken worden.

- Er wordt een rustperiode van minstens 2 weken vastgelegd. - De ambulanciers hebben zelf aangegeven dat ze graag een uurrooster opmaken voor een volledig jaar. Dit dient te gebeuren in de periode van oktober tot december van het voorgaande jaar. De planning kan nog bijgestuurd worden vóór de 20ste van de voorgaande maand.

- De tijdsregistratietool wordt nog aangepast zodat er voor de ambulanciers een teller zichtbaar wordt waarop men kan nagaan hoeveel shiften er al gepresteerd werden en hoeveel er nog moeten ingepland / gepresteerd worden.

Het VSOA vraagt of er voor de hulpverlener-ambulanciers ook mogelijkheid is om speciale verloven (zoals ouderschapsverlof, verlof voor medische bijstand, …) op te nemen. Coördinator-Expert DGH antwoord dat dit ongewijzigd blijft en dus nog steeds mogelijk is.

Takenpakket korporaal

Naar aanleiding van het bevorderingsexamen korporaal (in najaar vorig jaar) heeft er voor het eerst, op vraag van het personeel, een informatievergadering plaatsgevonden om duidelijkheid te verschaffen omtrent de functie waarvoor men kan / wenst te solliciteren. Toen was er een specifieke vraag wat het takenpakket van een korporaal inhoudt, welke ondertussen werd uitgewerkt en toegelicht. Het takenpakket werd bovendien ook verspreid naar alle korporaals zodat ook zij op de hoogte zijn van wat er van hen verwacht wordt en wat er gewijzigd / aangepast is ten opzichte van vroeger. De bedoeling is om deze aanpak ook uit te breiden naar alle toekomstige bevorderingsexamens.

Directeur operaties geeft aan dat de vraag gekomen is om wijzigingen in functies eerst te bepreken op het TBiOC alvorens dit te verspreiden naar het personeel.

Aangezien de functieomschrijving niet veranderd is, gaat het eigenlijk om een intern document. Strikt juridisch gezien is het niet noodzakelijk om dit aan de vakorganisaties voor te leggen.

VSOA brengt aan dat de politie niet altijd het PV-nummer wil / kan doorgeven o.w.v. GDPR-wetgeving.

De jurist verduidelijkt dat het PV-nummer op zich geen beschermd gegeven is. Aan de hand van het PV-nummer kan bijkomende informatie bij het parket opgevraagd worden met als doel een factuur te kunnen opmaken. Er wordt afgesproken dat, indien men over een PV-nummer beschikt, dit zeker ook te vermelden in het interventieverslag.


• Er wordt verder gezocht naar oplossingen om de werkdruk te verlichten, zowel intern als extern en zowel op korte als op lange termijn.

Zie OD 1 : BWZC doet een psychosociale bevraging bij al haar personeel (mbt werkdruk)

• Stand van zaken:

• Bevraging is uitgestuurd, invuldeadline is verstreken

• Intussen wordt het rapport en de analyse opgemaakt door Cohezio

• Resultaten worden verwacht eind november 2022, die zullen voorgesteld worden aan de werkgroep, aan het DT en de vakbonden en ZR

• Begin 2023 zal ingezet worden op infosessies per doelgroep met als doel enerzijds te informeren over de resultaten, anderzijds extra informatie te bekomen als bepaalde concrete info niet zou blijken uit de resultaten. Op die manier kan al onmiddellijk feedback verkregen worden

Naast de algemene psychosociale bevraging van BWZC werd een algemene bevraging gedaan naar alle beroepsambulanciers over de samenwerking met de PIT-diensten.

Na het gesprek met een delegatie van de beroepsambulanciers per ploeg over de werksfeer en toegenomen werkdruk op 31 mei 2022 heeft de directie en de zoneraad het engagement genomen om de samenwerking met de PIT-diensten samen met de ambulanciers te evalueren. Er werden voor de knelpunten die de ambulanciers aangaven een aantal voorstellen uitgewerkt. Met deze voorstellen wil BWZC

1. De werkinhoud overeenstemmen met wat de ambulanciers motiveert

2. De contacten met de (eigen) collega's versterken.

Er werd een bevraging opgemaakt waarin de mening van de ambulanciers over deze voorstellen werd bevraagd. Op die manier kan BWZC beter inschatten welke impact deze voorstellen zouden hebben op het welzijn van de ambulanciers. Ook andere voorstellen werden bevraagd.

De voorstellen werden op 18/10/2022 besproken worden met AZ Jan Palfijn en AZ Sint Lucas en worden op 5/12/2022 besproken met AZ Maria Middelares. Op 8/12/2022 is een overleg voorzien met de zonecommandant, Directie Operaties, Dienst Preventie en Welzijn op het Werk en Dienst DGH. De bevraging was anoniem.

Er is een overleg hierover voorzien waarop alle beroepsambulanciers zijn uitgenodigd op 9/2/2023.

+ OD 5: BWZC onderzoekt hoe ze de werkdruk van ambulanciers kan verlagen

• Stand van zaken

• Er werden gesprekken gevoerd met FOD Volksgezondheid (gezondheidsinspecteur) mbt extra licentie en dus een nieuwe programmatie van DGH in Gent. Er is nood aan een extra middel in het zuiden van Gent, waarvoor een extra licentie of verschuiving van licentie noodzakelijk is.

• Resultaat: De vraag is voorgelegd door de PCDGH aan de FOD VVVL en we wachten nu op een antwoord van de FOD.

• Er is intussen versterking aangeworven voor administratieve ondersteuning binnen DGH, binnenkort zal er ook nog een verpleegkundige aangeworven worden. Deze verpleegkundige zal een beleidsfunctie opnemen, maar zal ook een vast aantal diensten meewerken in ploeg.

• Er zijn taken die normaal opgenomen werden door de ambulanciers doorgeschoven, zodat zij hiervan ontlast zijn. Vb poetsen van remise, traphal, rustruimtes, wordt nu door de poetsdienst opgenomen.

• Akkoord voor GENT 1 met FOD Volksgezondheid: invoeren status EO (emergency only). De Federale Gezondheidsinspectie trekt met de bezorgdheid over de werkdruk op Ziekenwagen Gent 1 naar de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid om te kijken wat de mogelijke oplossingen zijn op lange termijn. Half januari 2022 volgt een opvolgvergadering om te kijken wat de mogelijkheden zijn (zie punt 1 hierboven - extra licentie voor het zuiden van Gent).

• Resultaat: Echter omdat men de ambulanciers in afwachting van deze structurele oplossing toch wat ademruimte wil geven tijdens drukke dagdiensten heeft de federaal gezondheidsinspecteur toestemming voor het volgende:

• De ambulanciers van de ziekenwagen Gent 1 kunnen de status EO gebruiken gedurende een half uur om te lunchen en gedurende 15 min. in de VM en in de NM.

• Dit kan enkel en alleen tijdens drukke dagdiensten wanneer de interventies zich aaneensluitend voordoen en er bij gevolg geen ruimte is voor lunchpauze. Dit kan enkel wanneer er geen extra ambulancier(s) in de kazerne aanwezig is/zijn voor Ziekenwagen Gent Reserve.

• De ziekenwagen Gent 1 blijft in status EO beschikbaar voor interventies in regulatieniveau 1-2-3.

• De Provinciale Commissie Dringende Geneeskundige Hulpverlening Oost-Vlaanderen heeft op 18/11/2021 het voorstel goedgekeurd om de ziekenwagendiensten de mogelijkheid te geven om een vlotte dienstwissel te organiseren rekening houdende met de stijgende werkdruk ten gevolge van de stijging van het aantal interventies.

• Resultaat:

• De ziekenwagen/PIT kan de status EO gebruiken om naar de eigen standplaats/ziekenhuis te rijden en dit vanaf 30 min. voor de effectieve dienstwissel zoals vastgelegd in het arbeidsreglement.

• In de status EO zal men enkel gealarmeerd worden voor interventies in regulatieniveau 1-2 en 3 (levens- en orgaanbedreigende interventies). Deze interventies kunnen niet geweigerd worden.

• Van zodra men op vaste standplaats is, dient men de status AQ te gebruiken. Echter indien de locatie voor de dienstwissel niet de vaste standplaats is, dan dient men de status AV aan te houden.

• De zone is zich bewust van de enorme werkdruk op dit moment en zal dit op zeer korte termijn samen met de sociale partners aanpakken. Zo zal tijdelijk bij acute problemen mogelijk zijn om hybriden en vrijwilligers in te schakelen.

• Stand van zaken:

• Niet weerhouden

• De zone signaleert de grote stijging van het aantal ziekenwagenritten bij de FOD Volksgezondheid en vraagt maatregelen in een officiële brief. De zone dringt aan op de inzet van een extra middel.

Onderdeel van OD 5: BWZC onderzoekt hoe ze de werkdruk van ambulanciers kan verlagen

• Stand van zaken

• Er werden gesprekken gevoerd met FOD Volksgezondheid (gezondheidsinspecteur) mbt extra licentie en dus een nieuwe programmatie van DGH in Gent. Er is nood aan een extra middel in het zuiden van Gent, waarvoor een extra licentie of verschuiving van licentie noodzakelijk is.

• Resultaat: De vraag is voorgelegd door de PCDGH aan de FOD VVVL en we wachten nu op een antwoord van de FOD.

• Er vonden verschillende teamvergaderingen plaats die als positief zijn ervaren. De juiste weg is ingeslagen om de knelpunten aan te pakken, maar er is nog een weg te gaan. De zone wil dat proces met de ambulanciers alle kansen geven, zodat hun ideeën gehoord worden.

• De bedoeling is dat er een nieuw verlofreglement wordt gemaakt, samen met een werkgroep met ambulanciers, waarbij er een evenwicht moet zijn tussen de flexibiliteit voor het personeel en de continuïteit van de dienstverlening.

Zie OD 3: BWZC evalueert het huidig verlofreglement ambulanciers (tot eind februari 2022) om op basis daarvan bijsturingen door te voeren. De evaluatie gebeurt in overleg met de vertegenwoordigers van de verschillende posten en ploegen

• Stand van zaken

• Er is geen nieuw verlofreglement opgemaakt, wel zijn er afspraken mbt verlof gemaakt. Die zijn gecommuniceerd naar de ambulanciers. Wel is het de bedoeling om op langere termijn het verlofreglement van de ambulanciers volledig te gaan herbekijken.

• Op vraag van de ambulanciers is de flexibele inplanning (op verschillende standplaatsen) goedgekeurd. Dit wordt de komende periode geïmplementeerd.

De flexibele inplanning is mogelijk. De ploegen hebben hier alle vrijheid in. Dit werd reeds in het najaar 2021 doorgevoerd.

• De zone wil de ambulanciers beter ondersteunen. Zo kunnen ze zich focussen op hun kerntaken en is er meer ademruimte. Een van de maatregelen is om twee leidinggevenden aan te werven ter versterking van de ploegen. Die functies moeten nog duidelijk omschreven worden, maar het doel is dat deze mensen het werk van de ambulanciers verlichten door sommige taken over te nemen en soms in te springen voor shiften. Een optie is om daartoe twee verpleegkundigen aan te werven. Zij zullen opereren tussen het diensthoofd en de ploegen.

Zie OD 17: BWZC wil een structuur instellen voor de aansturing van de DGH-diensten

• Stand van zaken

• Er is intussen versterking aangeworven voor administratieve ondersteuning binnen DGH, binnenkort zal er ook nog een verpleegkundige aangeworven worden. Deze verpleegkundige zal een beleidsfunctie opnemen, maar zal ook een vast aantal diensten meewerken in ploeg.

• Zie OD 5: BWZC onderzoekt hoe ze de werkdruk van de ambulanciers kan verlagen

• Stand van zaken

• Er zijn taken die normaal opgenomen werden door de ambulanciers doorgeschoven, zodat zij hiervan ontlast zijn. Vb poetsen van remise, traphal,

rustruimtes, wordt nu door de poetsdienst opgenomen.

• De zone werkt het voorstel uit om de dienstwissel te faciliteren in de status EO (einde opdracht). Dat is op 19 november 2021 voorgelegd aan de Provinciale Commissie Dringende Geneeskundige Hulpverlening (PCDGH). Het doel is om overuren te vermijden.

Onderdeel van OD 5: BZWC onderzoekt hoe ze de werkdruk van ambulanciers kan verlagen

• Stand van zaken

• De Provinciale Commissie Dringende Geneeskundige Hulpverlening Oost-Vlaanderen heeft op 18/11/2021 het voorstel goedgekeurd om de ziekenwagendiensten de mogelijkheid te geven om een vlotte dienstwissel te organiseren rekening houdende met de stijgende werkdruk ten gevolge van de stijging van het aantal interventies.

• Resultaat:

• De ziekenwagen/PIT kan de status EO gebruiken om naar de eigen standplaats/ziekenhuis te rijden en dit vanaf 30 min. voor de effectieve dienstwissel zoals vastgelegd in het arbeidsreglement.

• In de status EO zal men enkel gealarmeerd worden voor interventies in regulatieniveau 1-2 en 3 (levens- en orgaanbedreigende interventies). Deze interventies kunnen niet geweigerd worden.

• Van zodra men op vaste standplaats is, dient men de status AQ te gebruiken. Echter indien de locatie voor de dienstwissel niet de vaste standplaats is, dan dient men de status AV aan te houden.

OD 4: BWZC werkt een nieuw samenwerkingsakkoord met PIT Deinze uit en rolt het uit in de praktijk

• Stand van zaken

• De samenwerkingsovereenkomst is goedgekeurd. De samenwerking start in april 2023.

• De aanwervingen zijn gebeurd, en hebben geen invloed op de bezetting in HK

• Bemanning PIT: 1 medewerker van de zone + 1 medewerker St Vincentius ziekenhuis Deinze; permanentie vanuit ziekenhuis


Met redenen omkleed advies van het VSOA :Openingsuren en werking kledijmagazijn, Brw interventiepak , Brw interventiehandschoenen, Puntenwaarde, vervanging vervangtermijn,..

Het VSOA herinnert eraan dat:

De regelgeving over persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) is vastgelegd in titel 2 van boek IX van de codex over het welzijn op het werk.

Deze titel is de omzetting in Belgisch recht van de richtlijn 89/656/EEG van de Raad van 30 november 1989 betreffende minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid voor het gebruik op het werk van persoonlijke beschermingsmiddelen door werknemers, zoals gewijzigd door de richtlijn (EU) 2019/1832 van de Commissie van 24 oktober 2019.

Worden niet beschouwd als PBM gewone werkkledij en uniformen die niet specifiek bedoeld zijn om de veiligheid en de gezondheid van de werknemer te beschermen.

De werkgever staat in voor de kosten die gepaard gaan met de terbeschikkingstelling, het onderhoud, de reiniging, de ontsmetting, de herstelling en de tijdige vervanging van de PBM. (Cf. artikelen IX.2-3 en IX.2-20, eerste lid van de codex)

Met redenen omkleed advies van het VSOA: Negatief advies voor een puntensysteem en een vervangtermijn. 


Diplomatoelage 2.1

Het geldelijk statuut voor het operationeel brandweerpersoneel voorziet een specialisatievergoeding. De minister van Binnenlandse Zaken moet hierover nog regelgeving uitwerken.

Daarom kan deze vergoeding nog niet worden uitbetaald. In afwachting hiervan heeft het operationeel brandweerpersoneel wel recht op een diplomatoelage. Gezien slechts een beperkt aantal brandweerlieden in aanmerking komt voor een diplomatoelage wordt er ook een ecocheque toegekend.

Bij uitbreiding heeft de zoneraad beslist om deze ecocheque ook voor alle hulpverlener-ambulanciers te voorzien. In deze dienstmededeling wordt toegelicht wie een diplomatoelage en ecocheque zal ontvangen, hoeveel deze zullen bedragen en wanneer ze worden uitbetaald.

Wie krijgt een diplomatoelage?

Het vrijwillig en beroepsbrandweerpersoneel met een diploma, brevet of getuigschrift

• dat werd opgenomen in de lijst van het ministerieel besluit van 15 maart 1995 én

• dat betrekking heeft op een hogere graad dan hij of zij nu bekleedt.

→ De zone kiest ervoor om gelijkgestelde diploma's ook in aanmerking te nemen zodat meer personeelsleden in aanmerking komen.

Concreet worden volgende brevetten in aanmerking genomen, als ze betrekking hebben op een graad hoger dan je bekleedt:

• B02 - brevet korporaal

• M01 - brevet sergeant • M02 - brevet adjudant

• OFF1 - brevet-officier - onderluitenant

• OFF2 - combinatie: brevet-officier + brevet-technicus brandvoorkoming + brevet-crisissituatiebeheer

• OFF3 - brevet-dienstchef

• PREV 3 - brevet technicus brandvoorkoming

• CRI3 - brevet-crisissituatiebeheer Deze diploma's, brevetten en getuigschriften komen niet in aanmerking:

• brevet ambulancier afgeleverd of erkend door het Ministerie van Volksgezondheid

• brevet van duiker afgeleverd door het BEFOS

• diploma van automechanieker van het beroeps secundair onderwijs

• beiligheidschef in de zin van het A.R.A.B., niveau 2

• beiligheidschef in de zin van het A.R.A.B., niveau 1

• A - en B-diploma's. Het maakt hierbij niet uit of je voor het oud of nieuw geldelijk statuut hebt gekozen. Onder brandweerpersoneel wordt elk personeelslid verstaan dat onder de toepassing valt van het administratief en geldelijk statuut van brandweerman, dus ook de brandweerman-ambulanciers. 2.2 Hoeveel bedraagt de diplomatoelage?

Het vrijwillige brandweerpersoneel dat in aanmerking komt ontvangt een toelage ten bedrage van 3 procent van de prestatievergoedingen die betaald werden tijdens het afgelopen jaar.

Andere toelagen of vergoedingen worden niet meegerekend.

Het beroeps brandweerpersoneel dat in aanmerking komt ontvangt voor een volledige referteperiode een toelage van:

• 1 euro voor 2015

• 50 euro voor 2016

• 100 euro voor 2017

• 150 euro voor 2018

• 300 euro vanaf 2019 Het uiteindelijke bedrag wordt pro rata de werkelijke prestaties van dat jaar berekend.

De referteperiode loopt van 1 januari tot 31 december van het lopende kalenderjaar. Om te weten of je aan een volledige referteperiode komt, wordt rekening gehouden met alle gewerkte dagen na het behalen van een getuigschrift, brevet en/of diploma dat recht geeft op een toelage.

2.3 Hoe en wanneer wordt de diplomatoelage uitbetaald?

De diplomatoelage zal jaarlijks worden uitbetaald, telkens in het jaar volgend op het jaar waar het betrekking op heeft.

Er wordt de komende 3 jaar een inhaalbeweging gemaakt om de diplomatoelage uit te betalen waarop de personeelsleden recht hebben sinds 1 januari 2015. Voor het beroepsbrandweerpersoneel zal dit volgens dit schema zijn:

• In 2022 (december) wordt de toelage voor 2015, 2016 en 2017 uitbetaald.

• In 2023 wordt de toelage voor 2018, 2019 en 2020 uitbetaald.

• In 2024 wordt de toelage voor 2021, 2022 en 2023 uitbetaald. Voor de vrijwillige brandweerpersoneelsleden zal dit volgens dit schema zijn:

• In 2023 wordt de toelage voor 2015, 2016, 2017 en 2018 uitbetaald.

• In 2024 wordt de toelage voor 2019, 2020, 2021 en 2022 uitbetaald.

• In 2025 wordt de toelage voor 2023 en 2024 uitbetaald.

2.4 Ecocheque

Elk operationeel beroepspersoneelslid (brandweer en hulpverlener-ambulancier) zal jaarlijks een ecocheque van 100 euro ontvangen. Hierdoor ontvangt ook het beroepsbrandweerpersoneel, dat geen recht heeft op een diplomatoelage, compensatie voor het uitoefenen van een specialisatie. Dat is in afwachting dat het wettelijk kader betreffende de specialisatievergoeding wordt uitgewerkt door de minister van Binnenlandse Zaken.

Als de ecocheque een antwoord is op het uitblijven van de specialisatietoelage, waarom krijgen hulpverlener-ambulanciers die dan ook?

Het antwoord is dat de zoneraad niet wilde dat de groep ambulanciers de enige is die geen ecocheque krijgt. Het bedrag van de ecocheque wordt pro rata de werkelijke prestaties over de tijdspanne van een jaar berekend.

Dat jaar loopt van 1 oktober van het jaar voorafgaand aan en tot 31 september van het jaar waarin de ecocheque wordt uitbetaald. 3. Veelgestelde vragen

• Wat gebeurt er als het wettelijk kader betreffende de specialisatietoelage wordt uitgewerkt door de minister van Binnenlandse Zaken? Op dat moment zal er geen diplomatoelage en/of ecocheque meer worden uitbetaald maar wel een specialisatietoelage.

• Wanneer wordt de ecocheque uitbetaald? Elk jaar in november, tot de toekenning van een specialisatietoelage.


Zaterdag laatstleden werden wij samen met ACV en ACOD door de zonevoorzitter burgemeester en de zonecommandant  uitgenodigd in de kazerne post Gent. 

Tijdens de gesprekken nam de zonevoorzitter de tijd om te luisteren naar de vakorganisaties. Er werden in deze geen onderhandse afspraken gemaakt of beloften gedaan. Ik kan jullie zeggen dat op een respectvolle wijze de huidige problematiek aan de burgemeester werd overgemaakt en dat er luisterbereidheid was, rest nu nog de feitelijke uitwerking. De burgemeester zal maandag op de zoneraad een delegatie (2 uit elke ploeg) ontvangen en luisteren. Nadien zal hij ook de tijd nemen om de rest toe te spreken.De burgemeester heeft zich geëngageerd om ook in de 4 ploegen langs te komen en te luisteren op zeer korte termijn! Dat er protestacties zullen zijn voor, tijdens of na de zoneraad is vanzelfsprekend en dat weet de zoneraad ook. Uiteraard is jullie onvrede terecht en moeten jullie dit ook laten blijken! Wij willen jullie echter vragen om deze op een correcte manier te uiten, zodat er achteraf geen tuchtsancties op de agenda komen te staan. Zorg er aub voor dat er geen vernielingen of gekwetsten te betreuren vallen! Met deze mail wensen wij dan ook onze gezamenlijke eisenbundel kenbaar te maken die het gezamenlijk vakbondsfront aan de zoneleiding heeft overgemaakt.

  1. ALGEMENE SITUATIE
  • De rust moet terugkeren;· Continuïteit, (mentale) rust, welzijn, respect zijn nu heel belangrijk, verlof is daarin ook een heel belangrijke factor;· Verlof, wissels en dergelijke moet met maximale flexibiliteit binnen de ploeg kunnen qua verlof en specialiteiten;· Wij vragen respect voor alle personeelsleden. Als er respect is dan krijg je daar zo veel voor terug;· Veranderingen, aanpassingen,... 'on hold' zetten;· Eerst overleg, inspraak, transparantie en maximale betrokkenheid, dit op een respectvolle en eerlijke manier.
  1. ANGSTCULTUUR
    • Meer inspraak, zeggenschap en dat er ook effectief geluisterd wordt op allerlei niveaus en dat de leiding het niet naast zich neerlegt.
    • Als er (kritische) opmerkingen worden gegeven, dat deze achteraf niet gebruikt worden tegen het betrokken personeelslid;
    • Terug meer verantwoordelijkheden binnen de ploeg zelf;
    • Respect en vertrouwen moeten hersteld worden.
  1. AMBULANCIERS
    • Verderzetting van de besprekingen die zijn opgestart;
    • Niet meer gebeld worden in verlof of dag voor de shift om naar post of dergelijke te gaan.
    • Alles moet ruim vooraf geregeld zijn. Terug hybride inschakelen voor verlof en of ziektes op te vangen. Zowel voor de beroeps als voor vrijwilligers. Momenteel kan dit enkel in Deinze.
    • Geen 'beller' systeem meer.
    • 25% regel verlof. 1 op 4 in verlof. Bij 10 man 2 moet en 3 mag. Er is bijna nooit extra verlof mogelijk in de praktijk. Veel burn outs.... Door slecht management.
  1. WEDERTEWERKSTELLING
  • 7,36 uur of 12 uur een eigen keuze aan 75%! Zonder beperking in tijd.
  1. DISPATCH
    • Het uitgangspunt van een studiebureau moet zijn dat alle opties samen met het personeel worden onderzocht, maar niet dat er al vooraf opdracht gegeven wordt om de 12 uur niet te onderzoeken of negatief te beantwoorden;
  1. ATP
  • Er heerst hier ook angst, er werden veel veranderingen op korte termijn doorgevoerd zonder inspraak en overleg.

Deze punten zullen door de delegatie op het zonecollege en zoneraad worden toegelicht morgen.
Maar eerst moet binnen de volledige Zone Centrum de rust terug keren.Hopende jullie hiermee geïnformeerd te hebben en steeds bereikbaar voor verdere toelichting


Binnen Brandweer Zone Centrum heerst sociale onrust.

De problemen situeren zich op verschillende niveaus

1. Ambulance/dispatching

Het uurrooster van de dispatchers is te zwaar: er werd gevraagd om het uurrooster te herzien, maar er zijn nog steeds geen wijzigingen! Er is een hoog personeelsverloop wat aanleiding geeft tot nieuwe aanwervingen en opleiding. Dit weegt op de huidige dispatchers. Er is voldoende flexibiliteit van de dispatchers, maar het ontbreekt aan wil van de zoneleiding om een leefbaarder werkregime te bewerkstelligen. Zij vragen een uurrooster van 12 u in plaats van 8 uur shiften, maar dit is blijkbaar onbespreekbaar

Er zijn op korte tijd heel wat veranderingen doorgevoerd: invulling van een PIT-bemanning, geen vaste standplaatsen meer...dit vraagt heel wat logistieke aanpassingen van het personeel. Zo worden ze in hun vrije tijd opgebeld (daags voordien) voor een onverwachte overplaatsing naar een andere locatie, maar zij moeten zelf voor hun kledij zorgen. Ook zijn er problemen met de opname van verlof.

Voor de ambulanciers worden mondelinge afspraken o.a. over verlof niet toegepast. zo bijvoorbeeld de 3e man voor verlof, men geeft aan dat dit in de toekomst niet meer kan.

Door de gebrekkige personeelsformatie, is er vaak te weinig bezetting. Daardoor is de garantie op 2 dagen verlof niet haalbaar. Er heerst onduidelijkheid over het takenpakket voor de PIT bemanning,...

2. Angstcultuur

De directie hanteert een angstcultuur... Indien men te kritisch is, wordt gedreigd met een negatieve evaluatie. Zij dulden geen tegenspraak!

Er is geen of gebrekkige communicatie vanuit de leiding waardoor het personeel het gevoel krijgt geen inspraak meer te hebben. Alles is toch al beslist...

3. Wedertewerkstelling

In het kader van de wedertewerkstelling zijn heel wat taken niet langer meer beschikbaar en dwingt men het personeel in een uurrooster met glijtijden en een dagstelsel van 7,36 u ipv 12 u in de ploeg. Men verbloemt dit met de voordelen die een glijrooster bieden, de beperking van de mogelijke taken in het 12 u stelsel... maar structureel heroriënteert men gewoonweg de taken en maakt men wedertewerkstelling niet attractief...

Deze problemen zorgen voor stress bij de personeelsleden en vormen dus een psychosociaal risico. Stress geeft aanleiding tot spanningen, uitvallen van collega's en maken de vicieuze cirkel rond.

Ondanks het sociaal overleg, het aankaarten van de problematiek stellen de vakorganisaties vast dat de zone gewoon dezelfde koers blijft aanhouden. Aan de hand van protestacties wil het personeel de zoneleiding vragen:

- Respect te tonen voor hun werk en respect voor de thuis/werkbalans

- Meer inspraak in beslissingen en aansluitend een betere en tijdige communicatie vanuit de zone

- Bestrijden van machtsmisbruik door hiërachische meerderen. Kritiek op een respectvolle manier mag niet afgestraft worden

- De 12 u regeling voor dispatching te overwegen

- Herbekijken van de dienstregelingen voor de ambulanciers en tijdige communicatie over de diensten

- Garanties voor het opnemen en valideren van het verlof

- Herbekijken van de invulling voor wedertewerkstelling

De maat is vol voor het personeel...Er is een hoog personeelsverloop, vandaar dat het tijd is voor een duidelijk signaal. Er zullen nog protestacties zijn, maar wanneer de zone halstarig het been blijft stijf houden rest ons alleen nog een stakingsaanzegging.


Beste collega's,

Binnen Zone Centrum rommelt het... VSOA was hiervan niet op de hoogte, maar met deze mail wensen wij dit recht te zetten. 

Vooreerst willen wij ons excuseren dat jullie nog niet eerder iets van ons hoorden, maar de reden hiervoor is dat recent D. P. afstand deed van zijn mandaat en sedert kort een nieuwe verantwoordelijke leider en voorzitter voor de regio Vlaanderen werd aangesteld in de persoon van Bart N.

Bart N. is zelf een operationeel brandweerlid binnen Brandweer Zone Rand (Antwerpen) en zal jullie ongetwijfeld niet onbekend zijn, denken we maar aan de illustraties voor de artikelen van Karel L. en zijn expertise met betrekking tot de zware hulpverlening, waarvoor hij mede auteur was voor de SOP zware hulpverlening bij het KCCE.

Bart is reeds meer dan 30 jaar actief binnen de brandweer en is evenzeer gepassioneerd door het vak. Bart neemt zijn mandaat als voorzitter voor Vlaanderen op als reactie op de veranderende brandweer en wil mee de kar trekken om de hervorming van de brandweer opnieuw op de sporen te krijgen. 

Een hervorming die meer en meer op een misvorming begint te lijken...Een nieuwe functie vergt echter altijd een inloopperiode, een aanpassing en het zoeken naar de juiste balans. Dit heeft voor gevolg dat lopende dossiers niet onmiddellijk op de radar kwamen of dat we sommige heikele situaties niet onmiddellijk de juiste opvolging gaven.

 Gelukkig hebben jullie ons hierop attent gemaakt en springen wij alsnog mee op de kar om jullie ongenoegen naar de zoneleiding toe mee te versterken. Dit is ook onze verantwoordelijkheid en het mandaat dat jullie ons geven! Met deze mail willen we jullie dan ook informeren dat ondertussen VSOA samen met ACV en ACOD de handen in elkaar hebben geslagen en een gemeenschappelijk vakbondsfront vormen tegen de huidige situatie in jullie hulpverleningszone.

 Samen kunnen we een krachtig signaal geven... Verder informatie zal nog volgen, maar we kunnen jullie nu al meegeven dat wanneer de zone geen gehoor geeft aan de wensen van zijn personeel wij niet zullen nalaten een stakingsaanzegging te doen. In afwachting wordt jullie gevraagd om op 25 oktober a.s. massaal naar de zoneraad te trekken en een duidelijk signaal te geven aan de politici. In onze ledendatabase hebben wij nog heel wat leden waarvan wij het e-mailadres niet bezitten. Dus deel deze brief gerust met leden en collega's die hem niet zouden ontvangen hebben. Vraag alle leden om hun e-mailadres door te geven als ze rechtstreeks op de hoogte willen blijven van de verdere evoluties is dit dossier.

 Ook nieuwe leden mag je gerust naar ons doorverwijzenMochten jullie nog feiten of opmerkingen hebben die het ongenoegen kunnen illustreren mogen jullie steeds contact nemen met jullie nieuwe regionale voorzitter Bart N. via mail (firefighter.vl@vsoa-g2.eu) 

Bijstand met raad en daad!

Voor VSOA - sector hulpverleningszones

Eric LABOURDETTE Verantwoordelijke leider 

Peter VANDENBERK Verantwoordelijke leider 

Bart NOYENS Verantwoordelijke leider 



Bericht aan de duikers van de zone Centrum

Maandag 2 juni 2O2O

Betreft: opvolging duikers na COVID-19-infectie

Beste duiker,

Binnen de duikmedische wereld is er ongerustheid over de risico's waaraan duikers blootgesteld zouden kunnen worden nadat ze een COVID-L9 infectie hebben doorgemaakt. Men denkt hierbij hoofdzakelijk aan barotraumata en verminderde inspanningstolerantie, maar mogelijk ook verhoogd risico op decompressie-ongevallen en zuurstoftoxiciteit. De voorzichtigheid van NELOS, en bij uitbreiding ook de andere duikverenigingen, is gebaseerd op de mogelijke letsels die iemand na een infectie nog zou kunnen vertonen, waardoor de integriteit van het longweefsel mogelijks aangetast is.

Op 3 mei hebben de Geneeskundige Commissies NELOS en LIFRAS hierover een advies opgesteld, ln overleg met de arbeidsarts dr. De Clercq werd besloten deze richtlijn te volgen. Jullie werden hiervan op de hoogte gesteld door jullie duikcoórdinator lt. Nico De Vrieze op 9 mei.

Samengevat bevat dit de volgende maatregelen:

. Groep 1: voor duikers met een COVID-infectie (sterk vermoeden)

. Groep 2: voor duikers:

o zonder symptomen maar met een positieve testuitslag of nauwe contacten (zonder adequate beschermingsmaatregelen)

o van een persoon met bewezen of vermoede COVID-19 (vb. huisgenoten) contact met besmette personen.

De herevaluatie van de duikgeschiktheid moet, tijdens deze periode, gebeuren door een arts met kennis van zake, de uiteindelijke duikgeschiktheidsbeoordeling gebeurt door een duikarts.

Vier duikers werden naar aanleiding van ziekte of quarantaine onderzocht door de arbeidsarts, duiker kreeg een tijdelijk duikverbod.

Overwegende dat er gedurende de epidemie niet steeds getest werd, de tracing beperkt was tot inwonende familieleden en een aanzienlijk deel van de infecties asymptomatisch gebeurt werd op 27 mei beslist om alle duikers eenmalig te testen. Het gaat om een serologische test via bloedafname.

Deze test meet de antilichamen die vanaf 3 weken na ziekte gevormd worden en heeft een sensitiviteit van 97Yo, wat zeer goed is.

Op basis van het resultaat van de test zal de arbeidsarts beslissen of verder onderzoek noodzakelijk is.

ln de toe we jullie actief opvolgen naar symptomen van COVID-19 en dit ook bijhouden in een logbo snel kan overgegaan worden tot test als symptomen dit aanwijzen.